Voorkoming van tariefsverhoging in openbaar vervoer
Dankzij een besluit van de Tweede Kamer blijven de tarieven voor treinkaartjes en kaartjes voor ander openbaar vervoer, zoals de bus en tram, in 2024 gelijk. Verschillende partijen, waaronder ChristenUnie, GroenLinks-PvdA, VVD, D66, CDA, PVV, SP, BBB, Volt en SGP, zijn samengekomen om deze tariefsverhoging in het openbaar vervoer te verhinderen. De motivatie? Hogere kosten, zoals stijgende brandstof- en personeelskosten en het einde van de coronasteun aan openbaar vervoer-bedrijven.
Financiële ondersteuning ter bescherming van tarieven
Om de tariefsverhoging voor treinkaartjes en andere openbaar vervoer-tickets te voorkomen, wil de Tweede Kamer €300 miljoen vrijmaken. Deze fondsen, oorspronkelijk bedoeld voor andere doeleinden, zullen nu bijdragen aan het stabiliseren van de tarieven in het openbaar vervoer, waaronder treinkaartjes.
Speciale aandacht voor treinkaartjes
De focus ligt ook op treinkaartjes. Een geplande prijsverhoging van 7% voor treinkaartjes zou op 1 januari ingaan, maar dit wordt nu tegengegaan. Hierbij krijgt de NS een aanvullend budget van €120 miljoen in 2024, specifiek gericht op het gelijk houden van de prijs van treinkaartjes. Het is echter een eenmalige financiële ondersteuning, en de tarieven voor treinkaartjes en openbaar vervoer na 2024 zijn nog onbekend.
Positieve reacties uit de Kamer
Mirjam Bikker (ChristenUnie) en Jesse Klaver (GroenLinks-PvdA) zijn verheugd over het besluit, vooral vanuit het perspectief van betaalbare treinkaartjes en toegankelijk openbaar vervoer. Klaver benadrukt: “Ook als een bus niet vol zit, is het essentieel dat hij blijft rijden.”
Met deze beslissing beoogt de Tweede Kamer de bereikbaarheid via treinkaartjes en ander openbaar vervoer voor alle Nederlanders toegankelijk en betaalbaar te houden.
