Het Nederlandse kabinet is in actieve dialoog met drie bedrijven die geïnteresseerd zijn in de ontwikkeling van nieuwe kerncentrales, volgens Minister Rob Jetten. Deze potentiële leveranciers zijn het Amerikaanse bedrijf Westinghouse, het Franse staatsbedrijf EDF en KNHP uit Zuid-Korea. Deze informatie werd verstrekt in een brief aan de Tweede Kamer.
Een jaar geleden kondigde het kabinet aan dat het van plan was twee nieuwe kerncentrales te bouwen, met Borsele als geprefereerde locatie. Borsele is reeds de locatie van een bestaande kerncentrale.
Jetten benadrukte in zijn brief aan de Kamer dat alle drie de bedrijven een aanzienlijke ervaring hebben met de bouw van ‘generatie III+ – reactoren’, die een vermogen hebben van minimaal 1000 megawatt.
In het licht van de huidige geopolitieke landschap heeft het kabinet bewust ervoor gekozen om bepaalde leveranciers niet te benaderen. Bijvoorbeeld, landen als Rusland en China zijn uitgesloten van deelname aan dit project, vanwege mogelijke veiligheidsrisico’s.
Het kabinet zal de komende periode samen met de potentiële leveranciers de technische en financiële voorwaarden onderzoeken voor de realisatie van nieuwe kerncentrales in Nederland. Hierbij zal ook worden bepaald of de ontwerpen geschikt zijn voor de locatie in Borsele en voldoen aan de Nederlandse regelgeving.
Minister Jetten gelooft dat een vroegtijdige studie kan helpen bij het identificeren van eventuele aanpassingen aan de ontwerpen, en een betere inschatting kan maken van de kosten. “Hierdoor worden de risico’s op vertragingen en budgetoverschrijdingen in een latere fase van het project verkleind,” zei de minister.
De haalbaarheidsstudie zal naar verwachting na de zomer beginnen en ongeveer zes maanden duren. Het kabinet plant om in 2025 een beslissing te nemen over de geselecteerde leverancier. Als alles volgens plan verloopt, zouden de nieuwe kerncentrales in 2035 operationeel kunnen zijn.
