In het studiejaar 2021/2022 hebben ruim 35.000 jongeren in Nederland hun opleiding verlaten zonder het behalen van een diploma. Dit is een significante stijging van 12% ten opzichte van het schooljaar 2018/2019, volgens de recente gegevens van de Jeugdmonitor van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Wat definieert een schoolverlater?
Schoolverlaters zijn jongeren tussen 12 en 23 jaar die hun opleiding verlaten zonder een startkwalificatie, die gedefinieerd wordt als een afgeronde havo-, vwo-opleiding of een basisberoepsopleiding op minimaal mbo niveau 2.
Trends en oorzaken
Sinds 2016 neemt het aantal schoolverlaters toe, met uitzondering van de coronajaren waarin online onderwijs en een flexibelere beoordeling de uitval tijdelijk leken te verminderen. In het recente studiejaar is deze stijging echter voortgezet. Vooral binnen het mbo-onderwijs is deze trend zichtbaar, waar 28.000 studenten, met name op niveau 2 en 4, hun opleiding vroegtijdig beëindigden.
Motivatie en uitdagingen
Volgens CBS-onderzoeker Tanja Traag speelt een ‘uitgesteld corona-effect’ een rol, waarbij leerlingen die tijdens de pandemie makkelijker een diploma ontvingen, later in hun opleidingstraject tekortschoten. Daarnaast draagt een afname in het welzijn van jongeren en een toename van psychische problemen bij aan deze ontwikkeling. Jessy Burgers van de MBO Raad benadrukt ook de noodzaak van betere studiekeuzebegeleiding en wijst op de verleiding van de arbeidsmarkt als een factor die bijdraagt aan schooluitval. Er zijn echter genoeg beroepen waarbij het zonder diploma lastig wordt. Zo is werken in de zorg zonder diploma vrijwel niet mogelijk.
Geslachtsspecifieke trends
Traditioneel verlaten meer jongens dan meisjes vroegtijdig de school, vaak vanwege gedragsfactoren. In de recente cijfers is er echter een gelijkmatige verdeling tussen jongens en meisjes, wat mogelijk ook verband houdt met de invloed van de coronaperiode op meisjes.
Reactie van de overheid
Onderwijsminister Dijkgraaf heeft een plan gepresenteerd om het vroegtijdige schoolverlaten te verminderen, wijzend op de verschillen in de statistieken tussen het CBS en het ministerie, die ook particulier onderwijs en MBO 1-diploma’s betreffen.