Biologisch wint terrein in de Nederlandse supermarkt. In de eerste helft van 2025 ging 3,5 procent van alle uitgaven aan voedsel naar producten met een keurmerk. Dat komt neer op ruim 820 miljoen euro.
Een jaar eerder lag dat aandeel nog op 3,2 procent. Het lijkt misschien een klein verschil, maar het gaat om honderden miljoenen euro’s extra omzet. En dat merken producenten en winkeliers direct.
De cijfers zijn afkomstig van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), dat samen met Wageningen Social & Economic Research (WSER) de ontwikkelingen volgt via de BioMarktMeter en de Monitor Duurzaam Voedsel.
Grote verschillen tussen productgroepen
Niet ieder product wordt even vaak biologisch gekocht. Bij eieren is het aandeel biologisch het grootst. In de eerste helft van 2025 ging 17,3 procent van de verkopen naar varianten met keurmerk. Daarna volgen koffie en thee (6,5 procent) en aardappelen, groente en fruit (5,5 procent).
Het laagste aandeel biologische aankopen zit bij dranken, met 1,6 procent. Dat beeld is al jaren hetzelfde. Bij frisdrank en andere dranken letten consumenten vooral op prijs, niet op herkomst of keurmerk.
Vergelijking met een jaar eerder
Het beeld van 2024 was vrij vlak. In elk kwartaal kwam het aandeel biologisch uit op 3,2 procent. In 2025 is dat patroon doorbroken. Het eerste kwartaal kwam uit op 3,6 procent, het tweede op 3,4 procent.
Vooral groente en fruit deden een flinke stap vooruit. Het aandeel biologische aankopen steeg daar van 4,7 naar 5,5 procent. Ook vis liet een duidelijke plus zien: van 2,5 naar 3,2 procent. Bij koffie en thee liep het aandeel op van 5,9 naar 6,5 procent. Alleen houdbare producten kenden een kleine daling, van 2,6 naar 2,5 procent.
Een blik op de langere termijn
Wie verder terugkijkt, ziet dat de ontwikkeling gestaag maar onafgebroken omhoog gaat. Tussen 2018 en 2024 lag het gemiddelde aandeel biologische uitgaven op 3 procent. Binnen die periode sprongen eieren eruit. In 2018 werd 13,2 procent biologisch gekocht, in 2024 al 17,4 procent.
Ook koffie en thee lieten een opvallende groei zien: van 3,7 procent in 2018 naar 6 procent zes jaar later. Vis volgde hetzelfde pad. Daarmee zijn het niet alleen de dagelijkse producten die profiteren van de opmars. Ook luxere segmenten krijgen meer aandacht.
Toch is er een keerzijde. Vlees, zuivel en houdbare producten verloren de afgelopen jaren terrein. Het aandeel biologische zuivel daalde van 4,3 naar 4 procent. Voor vlees ging het van 3 naar 2,6 procent. En bij houdbare producten zakte het aandeel van 3 naar 2,5 procent.
Redenen voor groei en daling
Waarom kiezen consumenten vaker voor biologisch bij sommige producten en minder bij andere? Onderzoekers van WSER wijzen op verschillende factoren. Bij eieren is de keuze duidelijk en de prijsverschillen beperkt. De biologische variant ligt vaak naast de gewone doos, met een opvallend etiket.
Bij vlees en zuivel ligt dat anders. Daar zijn de verschillen in prijs groter. Bovendien zijn er steeds meer alternatieve keurmerken die inspelen op dierenwelzijn of herkomst. Daardoor vervaagt het onderscheid tussen biologisch en andere varianten.
Bij houdbare producten speelt prijs nog sterker mee. Consumenten kopen die vaak in bulk of letten op aanbiedingen. Bij verse producten, zoals groente en fruit, is smaak en herkomst belangrijker. En dat werkt in het voordeel van biologisch.
Consumenten houden de sleutel in handen
Het aandeel biologisch lijkt klein, maar de trend is veelzeggend. Iets meer dan 3 van de 100 euro gaat naar biologisch. Toch laat het koopgedrag zien dat duurzaamheid steeds vaker meeweegt.
Consumenten blijven wel prijsbewust. Dat is ook logisch in een periode waarin boodschappen fors duurder zijn geworden. Wie extra uitgeeft aan biologisch, doet dat meestal gericht: bij een product waar de verschillen duidelijk zichtbaar zijn.
Beleidsdoelen en Europese context
De ontwikkeling past binnen bredere beleidsdoelen. De Nederlandse overheid wil consumenten stimuleren vaker voor duurzaam en biologisch te kiezen. Dat sluit aan bij de ambities van de Europese Unie.
Brussel heeft bepaald dat in 2030 een kwart van de landbouwgrond biologisch moet zijn. Dat is een stevige doelstelling. Nederland zit daar nog ver vanaf, maar de groei van de afgelopen jaren laat zien dat er beweging in zit.
De vraag is wel of het tempo voldoende is. De cijfers laten een stijging zien, maar het gaat langzaam. In sommige productgroepen stokt de ontwikkeling zelfs.
Vooruitzichten: voorzichtig optimisme
De recente groei geeft hoop. Vooral de plus bij groente en fruit kan een aanjager zijn. Als supermarkten biologische varianten blijven promoten en producenten blijven investeren in aanbod, kan het aandeel verder oplopen.
Toch is voorzichtigheid op zijn plaats. Want zolang prijzen hoog blijven, zullen consumenten kritisch blijven kijken. Biologisch wint terrein, maar de stap naar een echte doorbraak moet nog komen.
Conclusie
De cijfers van het CBS laten zien dat biologisch voedsel langzaam maar zeker meer ruimte krijgt in het Nederlandse boodschappenmandje. Vooral eieren, koffie, thee en groente winnen terrein. Maar vlees, zuivel en houdbare producten blijven achter.
Het pad richting een groter aandeel is dus niet recht. Toch is de richting duidelijk. Steeds meer consumenten maken bewust de keuze voor biologisch. En dat merken supermarkten, producenten en boeren direct in hun omzet.
Bron: CBS