Vanaf 19 mei komt de politie in heel Nederland sneller in actie bij meldingen van digitale criminaliteit, zoals bankhelpdeskfraude, phishing en identiteitsdiefstal. Door fysiek aanwezig te zijn bij slachtoffers, wil de politie niet alleen de schade beperken en opsporing verbeteren, maar ook directe steun bieden aan mensen die getroffen zijn. De kans op het aanhouden van verdachten wordt hiermee vergroot.
Snelle hulp bij bankfraude en phishing
Digitale criminaliteit is inmiddels een veelvoorkomend probleem. Slachtoffers krijgen te maken met oplichters die zich voordoen als bankmedewerkers, e-mails met links naar valse betaalomgevingen of mensen die bankpassen aan huis ophalen. De impact van deze misdrijven is groot, zowel financieel als emotioneel. Veel slachtoffers kampen na afloop met schaamte, wantrouwen of angst, vergelijkbaar met de nasleep van een woninginbraak. De politie wil daarom slachtoffers van digitale criminaliteit dezelfde zorg en aandacht bieden als bij traditionele misdrijven.
Volgens korpschef Janny Knol is digitale misdaadbestrijding inmiddels een speerpunt binnen het korps. Ze licht toe: “Als politie investeren we voortdurend in ons vermogen om adequaat te reageren op ontwikkelingen in de samenleving. Digitale transformatie is een van onze speerpunten. Dat betekent ook dat we meer aandacht geven aan slachtoffers van digitale criminaliteit. De impact daarvan is enorm en vraagt om een aanpak die daar recht aan doet. En dat is hard nodig want digitale criminaliteit neemt toe en criminelen zijn steeds gehaaider.”
Succesvolle proef nu landelijk ingevoerd
De nieuwe werkwijze is in 2023 opgestart als pilot in Oost-Nederland en bleek al snel effectief. Slachtoffers waardeerden het fysieke bezoek van agenten, en in sommige gevallen kon zelfs directe schade worden beperkt dankzij snel handelen. Volgens initiatiefnemer Sander Hoed ontstond het project vanuit de behoefte aan een betere aanpak: “We vonden het bijzonder dat de politie bij meldingen van digitale criminaliteit niet langskwam, terwijl de impact op slachtoffers vaak groter is dan bij traditionele criminaliteit.” De aanpak bleek succesvol en werd inmiddels ook in andere eenheden praktijk. Vanaf 19 mei geldt deze werkwijze in heel Nederland.
Meer aandacht voor slachtoffers
De landelijke uitrol draait niet alleen om opsporing, maar vooral ook om hulp en erkenning voor slachtoffers. Hoed benadrukt het belang hiervan: “De impact van digitale misdrijven is vaak groter dan gedacht. Slachtoffers verliezen niet alleen hun geld, maar ook hun gevoel van veiligheid. Soms durven ze hun laptop of telefoon niet meer te gebruiken. Dan maakt het een wereld van verschil als er een agent voor de deur staat die steun en aandacht geeft.”
Meldingen voortaan ook via telefoon mogelijk
Naast het online aangifteformulier wordt het vanaf 19 mei ook mogelijk om digitale misdrijven telefonisch te melden via 0900-8844. De meldkamer bepaalt vervolgens, afhankelijk van de situatie, of er een agent langsgaat. Op deze manier sluit de politie aan op de huidige maatschappelijke realiteit, waarin digitale criminaliteit traditionele misdrijven heeft ingehaald. “Digitale criminaliteit heeft de traditionele criminaliteit inmiddels ingehaald. Daar spelen we als politie op in door sneller en effectiever te reageren,” aldus Hoed.
bron: Politie