De tragische dood van een 11-jarig meisje in Nieuwegein heeft geleid tot een fel debat over de rol van politie en zorginstanties. Volgens politiechef Michel de Roos van Midden-Nederland heeft de politie correct gehandeld, maar schiet het zorgsysteem tekort. De verdachte, een 29-jarige man, zit vast op verdenking van de fatale steekpartij.
Meldingen voorafgaand aan het incident
Na het incident verklaarden buurtbewoners dat er meerdere keren melding was gemaakt van het verwarde gedrag van de verdachte. Bekend werd dat de man eerder in aanraking was gekomen met de politie en al meerdere veroordelingen op zijn naam had. Sinds 2022 stond hij onder toezicht van de reclassering en kreeg hij begeleiding van verschillende zorginstanties. Het kabinet onderzoekt momenteel hoe de situatie heeft kunnen escaleren.
Reactie op kritiek op politieoptreden
De politie kreeg al snel kritiek dat er niet adequaat was gereageerd op de meldingen. Volgens De Roos is dat onterecht: “Zolang er geen sprake is van strafbare feiten, kunnen agenten niet zoveel doen. Ze kunnen de melding doorgeven aan de ggz, maar ze kunnen dit niet oplossen.” Hij benadrukt dat er voorafgaand aan het incident contact was tussen de politie en de betrokken zorginstanties.
De politiechef erkent dat buurtbewoners boos en verontwaardigd zijn, maar steunt de keuzes van zijn agenten. “Er wordt nu onderzoek gedaan en teruggekeken. Ongetwijfeld gaat er iets uitkomen waarvan je zegt: nou, dit had wat beter gekund of we hadden aan die knop moeten draaien. Maar ik sta volledig achter mijn collega’s en de beslissingen die ze hebben gemaakt. Ze hebben hun werk goed gedaan, maar toch is er vervolgens wel iets verschrikkelijks gebeurd.”
Toename van meldingen over verward gedrag
Dagelijks ontvangt de politie-eenheid Midden-Nederland ongeveer 35 meldingen over verward gedrag, wat neerkomt op zo’n 15.000 meldingen per jaar. De Roos legt uit dat acute dreigingen direct door agenten worden opgepakt, terwijl minder urgente meldingen via de wijkagent bij andere instanties terechtkomen. “Die agent kan vervolgens tegen andere partners, de woningcorporatie of de ggz bijvoorbeeld, zeggen: wat kan hieraan worden gedaan?”
Volgens De Roos wordt nu onterecht naar de politie gewezen: “De politie kan die inschatting niet maken.” Dat moeten zorgprofessionals doen.
Gebrek aan capaciteit bij zorginstanties
De Roos pleit voor meer capaciteit binnen de geestelijke gezondheidszorg. Op dit moment worden mensen met verward gedrag vaak pas beoordeeld bij extreem gedrag. “Meestal gebeurt het een dag erna, of na het weekend. De politie zit er dan ondertussen mee: wat doen met die persoon? Aanhouden kunnen we niet als hij geen strafbare feiten pleegt of ontwrichtend is voor de openbare orde.”
Daarnaast wijst hij op de versnippering binnen de zorg. Bij de verdachte in deze zaak zouden meer dan tien instanties betrokken zijn geweest. Dit leidt volgens De Roos tot regelmatige overplaatsingen, waardoor continuïteit in de zorg ontbreekt. Hij pleit voor meer woonvoorzieningen voor mensen met ernstige psychische problemen, zodat ze niet zomaar in woonwijken terechtkomen. “Complexe patiënten, die in het verleden al geweld hebben gebruikt en bepaalde diagnoses hebben, moet je niet in een prikkelrijke wijk zetten waar kinderen op straat spelen.”
Oproep aan de politiek
Volgens De Roos is de situatie geen incident, maar een structureel probleem. “Dit is geen incident, maar het resultaat van een structureel probleem. Als de politiek geen fundamentele keuzes maakt om de zorg voor complexe, psychiatrische patiënten echt te verbeteren, gaat zoiets gewoon weer gebeuren.” Hij roept beleidsmakers op om in te grijpen en structurele verbeteringen door te voeren om toekomstige tragedies te voorkomen.
Bron: NOS en Volkskrant