De biodiversiteit in de Oosterschelde, een uniek Europees beschermd habitat, ondergaat significante veranderingen, zo blijkt uit recente analyses door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van data van Stichting ANEMOON. Sinds 1994 is er een gemiddelde afname van 28% in de populaties van 37 prominente mariene soorten waargenomen. Deze soorten omvatten diverse vissen, schelpdieren en kreeftachtigen.
Toename en afname van specifieke soorten
Van de onderzochte soorten zijn er 15, waaronder de schol en de Europese zeekreeft, die een duidelijke achteruitgang vertonen. Anderzijds tonen 8 soorten, zoals de purperslak en de platte oester, een toename in hun aantallen. De overige soorten vertonen stabiele of onzekere trends.
Leefomgeving als cruciale factor
De Oosterschelde is versterkt met basaltblokken langs de dijken, wat een kunstmatige onderwaterrotskust creëert waar veel diersoorten, waaronder zeeanemonen en schelpdieren, van afhankelijk zijn. Deze rotskust speelt een vitale rol in het leven van vele mariene soorten, waar zij voedsel zoeken en hun eieren afzetten.
Monitoring en toekomstige trends
De bevindingen van het Monitoringproject Onderwater Oever (MOO) geven inzicht in de lange termijn trends en zijn essentieel voor het begrijpen van de gezondheid van dit mariene ecosysteem. Het is cruciaal dat monitoring voortgezet wordt om de impact van milieuveranderingen en menselijke activiteiten op deze delicate habitats te begrijpen.
Bron: CBS