Sinds de invoering van de banenafspraak in 2013 zijn er bijna 90.000 extra werkplekken gecreëerd voor mensen met een arbeidsbeperking. Dat blijkt uit de meest recente cijfers over 2024. Ten opzichte van het jaar ervoor betekent dit een toename van circa 4.000 banen.
De afspraken tussen kabinet, werkgevers- en werknemersorganisaties beogen om tegen 2026 in totaal 125.000 extra banen te realiseren bij reguliere werkgevers voor mensen met een beperking.
Aandacht voor nieuwe aanpak en regelgeving
Volgens staatssecretaris Jurgen Nobel (Participatie en Integratie) is er extra inzet nodig om het einddoel te halen. Hij kondigde daarom aan de regels rond de banenafspraak te verbeteren: “Samen met de werkgevers moeten we echt een been bijtrekken om te zorgen voor meer banen. Daarom verbeteren we nu de regels voor de banenafspraak. Uiteindelijk moet iedereen de kans kunnen krijgen om mee te doen met werk, ook als daar ondersteuning bij nodig is.”
Op dit moment is de beschikbare ondersteuning vaak afhankelijk van iemands uitkeringssituatie. Nobel wil dit veranderen naar een aanpak waarin de mogelijkheden en behoeften van de persoon zelf centraal staan. Dit gebeurt in samenwerking met sociale partners, gemeenten, Cedris en het UWV. In 2026 wil hij met concrete oplossingen komen.
Kortetermijnmaatregelen voor betere toegang
Om op korte termijn meer mensen met een beperking aan werk te helpen, werkt Nobel aan een bredere toegang tot de ondersteuning. Ook worden de regels voor werkgevers versoepeld. Zo wordt het eenvoudiger om loonkostenvoordeel aan te vragen bij het aannemen van een werknemer met een beperking. Vanaf 1 januari 2026 blijft dit voordeel bovendien gelden zolang de werknemer in dienst is. Nu geldt er nog een maximumtermijn van drie jaar.
Eén gezamenlijke aanpak in plaats van aparte sectoren
Een andere aanpassing is het schrappen van het onderscheid tussen banen bij de overheid en in de markt. De focus komt te liggen op het aan het werk helpen van mensen, ongeacht bij welk type werkgever. Dit wetsvoorstel is al aangenomen en kan op zijn vroegst ingaan per 1 juli 2026.
Bron: Rijksoverheid