In regio’s met hoge huizenprijzen krijgen vrouwen gemiddeld minder vaak een kind dan in betaalbaardere gebieden. Vooral huurders lijken hun kinderwens uit te stellen wanneer een koopwoning moeilijk bereikbaar is. Dat blijkt uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI).
Verband tussen woning en gezinsvorming
De gegevens laten zien dat vrouwen zonder koopwoning in dure regio’s gemiddeld 8,4 procent minder vaak een kind krijgen dan vrouwen in goedkopere regio’s. Bij vrouwen met een koophuis is het beeld juist omgekeerd: zij krijgen in gebieden met hogere huizenprijzen 5,1 procent vaker een kind.
De reden ligt volgens de onderzoekers bij de woonwens van gezinnen. Een ruime eengezinswoning met tuin wordt vaak als gezinsgeschikt gezien, maar zulke woningen zijn meestal koopwoningen. Door stijgende woningprijzen is het voor huurders moeilijker geworden om zo’n woning te bemachtigen.
Grote regionale verschillen
Binnen Nederland zijn de verschillen in woningprijzen aanzienlijk. In het eerste kwartaal van 2023 lag de gemiddelde verkoopprijs van een woning in Groot-Amsterdam op 545.000 euro, tegenover 311.000 euro in Zuid-Limburg. Volgens CBS en NIDI kregen vrouwen tussen 16 en 45 jaar in regio’s waar de gemiddelde huizenprijs 450.000 euro bedraagt, 10,4 procent minder vaak een kind dan in regio’s met een gemiddelde prijs van 200.000 euro.
Koopwoning moeilijk bereikbaar voor huurders
Voor huurders blijkt de stap naar een koopwoning extra lastig. Uit eerder onderzoek kwam al naar voren dat huurders onder de 40 jaar zonder kinderen bijna vier keer zo vaak aangeven te willen verhuizen maar geen geschikte woning kunnen vinden, vergeleken met mensen met een koophuis. De nieuwe gegevens versterken dit beeld: de financiële drempels op de woningmarkt maken gezinsvorming moeilijker.
Minder kinderen bij vrouwen met lage inkomens
De onderzoeksresultaten sluiten aan bij eerdere bevindingen die aangeven dat vrouwen zonder startkwalificatie, met een flexibel contract of met een laag inkomen steeds minder vaak een kind krijgen. Vaak combineren deze vrouwen meerdere van deze factoren. De conclusie luidt dat ongelijke kansen op de woningmarkt samenhangen met ongelijke kansen op gezinsvorming.
Bron: CBS